
Tips en lokvoer voor brasem en kleine karpers
Rozijnen
100 gram gele rozijnen snijden en toevoegen aan het voer en als aas gebruiken.
Eventueel in combinatie met made of pier. Laat de rozijnen (uit de supermarkt) een 12tal uur wellen.
Daarna direct op de haak of hair.
Krenten geweekt is maggi, goed aas voor karper.
----------
Toevoegen van extra geur of smaak
Extra geur en / of smaak toevoegen aan de maden.
De avond voor het vissen de maden in een plastic zak doen en sprayen met bombix brasem (sensas).
De zak goed afsluiten en in de diepvries plaatsen.
’s Morgens uitnemen en aan de waterkant onder het afgewerkte voer mengen. Zeer goed voor brasem.
----------
Rode snoepdraad in stukjes snijden en laten weken in warm water (lijkt op dikke vers).
----------
Chocolade
Chocolade in het voer, 50 gram geraspte fondant door het voer mengen.
Doe dit 10 minuten voor het begin van de wedstrijd.
Een goed alternatief is chocoladestroop welke men op ijscrème doet.
----------
In de zomer, als de vis goed aast, kan je wat rijkere bestanddelen toevoegen aan je brasemvoer:
SBG (Mondial): 100 – 150 gram per kilo voer. SKR (Mondial): 100 – 150 gram per kilo voer.
(Zorgt voor de rode puntjes in het voer, die de indruk geven dat muggenlarven zijn toegevoegd, te gebruiken waar “amorce” verboden is).
CéDé (kanarievoer): 100 – 150 gram per kilo voer. Opfokvoer voor kuikens (eigeel): 100 – 200 gram per kilo voer. Pellets 3 mm (strawberry – V.D.E.): 50 – 100 gram per kilo voer. Starten van het hengelseizoen. Bij het starten van het hengelseizoen kan je 200 gram gemalen forelkorrels (trouvit) toevoegen aan het voer.
De vissen krijgen deze korrels te eten in de kwekerijen en zijn vertrouwt met deze smaak.
Een goed alternatief is 30 % Expanda Gold (Van den Eynde) bij het voer doen.
----------
Red Bull
Te gebruiken op vijver voor brasem.
Heeft een zeer aangename geur en smaak.
Gebruiken op het einde om het voer af te werken.
----------
Kokosmelk
Heeft een aangename smaak en is een goede wolkvormer.
Te gebruiken in een bodem en oppervlaktevoer.
----------
Elixir
10 cl elixir op het laatst door het voer mengen. Witvis lust dit wel. Te gebruiken in de zomer.
----------
Rubiver
Rubiver aan de haak doen en dan dippen in puur vers de vase tot een trosje.
----------
Zoete maïs in voer
Gebruik 100 tot 150 gram per kilo voer. Wel eerst door een zeef drukken.
----------
Maïspapje
1 blik maïs van 300 gram 40 gram vanillesuiker.
20 gram vanillepuddingpoeder.
30 cl water.
De maïs, de avond voor het vissen, overgieten met het mengsel water, vanillesuiker en vanillepuddingpoeder laten weken.
Met de mixer een papje maken. Het voer één maal bevochtigen en door een zeef drukken.
Het papje toevoegen en nogmaals door een zeef drukken. Het voer bewaren in de koelkast.
----------
Dipjes
1] We nemen een klein blikje gecondenseerde, zoete melk (Nestlé) en doen de melk in een goed afsluitbare glazen bokaaltje.We voegen er ½ koffielepel scopex bij, goed roeren en klaar. Om het geheel een beetje smeuïger te maken voegen we lopende honing toe. De dip moet zo zijn, dat wanneer we er aas in dippen, de dip er tranend afloopt wanneer we het aas uit de dip halen. Dippen kan in feite met gelijk welk aas, maden, casters, wormen, maïs, tarwe, …….Wanneer we de dip aanlengen met water, is dit mengsel ook geschikt voor het bevochtigen van lokaas.
2] 1 koffielepel kardemom – 1 koffielepel amaretto – 2 koffielepels vloeibare melasse. Alles mengen en een beetje opwarmen.
3] 2 eetlepels corn steep liquor – 2 koffielepels olijfolie – 1 koffielepel sweetner. Alles goed mengen en in een spray doen. De avond voor het vissen de maden bespuiten, eerst terug schudden. Voor het vissen, eerst schudden en nogmaals over de maden sprayen.
4] 1 koffielepel pineapple (Kevin Nash) – 1 koffielepel sweetner – 2 koffielepels slaolie of olijfolie.
5] 1/3 strawberry (Star) – 1/3 citroen (supermarkt) – 1/3 arachideolie.
----------
Peperkoekmeel is niet hetzelfde als épicéine. Peperkoekmeeel is meer verzadigend en meer klevend dan épicéine. Epicéine valt wel makkelijker uit elkaar. Zeer goed in een voornvoer.
----------
Grote-brasem-methode
De “grote-brasem-methode” begint al bij het voorvoeren. Het valt op dat het speciale lokvoer voor grote brasem en/of karpers in de regel geel van kleur is en een stuk grover in vergelijking tot het normale grondvoer voor stilstaand water.
De opvallende kleur zal de kleine vissen afschrikken. Boven zo een grote, lichte voerplek zal een kleinere vis zich helemaal niet thuis voelen, omdat hij zo een gemakkelijk en goed zichtbare prooi is voor roofvissen. Van nature weet een kleine vis dat hij die plekken moet vermijden.De grove bestanddelen van het brasemvoer zijn vaak moeilijk naar binnen te werken voor de kleine voorns en bliekjes, die liever voor een fijne en lichte voermix kiezen. Brasem echter heeft liever grof samengesteld lokvoer. Naast het grove voer hebben de brasems ook een voorkeur voor door het voer gemengde partikels, zoals maïs, maar ook levend aas zoals maden, casters en in stukken geknipte wormen.
Omdat maden ook de kleine vis aantrekken, moet je daar echter wel spaarzaam mee omgaan. Casters staan daarentegen al heel lang bekend als echte brasemvangers. Dit geldt ook voor de geknipte pieren, die je overigens nooit te fijn mag snijden, te kleine stukjes lokken vaak eerder baarsjes dan de beoogde brasems naar je voerstek.
Te weinig voeren, betekend vissen verliezen. Als het voer op is, trekken de brasems al snel verder.
Waar je voor de voornvisserij b.v. al voldoende hebt aan 1 kilogram lokvoer, heb je voor brasems minstens de dubbele hoeveelheid nodig. Het lokvoer moet in ieder geval goed bevochtigd worden, te droog voer zal deels opstijgen en de ongewenste kleine vis aanlokken.
Bij gebruik van flavours, is de gebruikte flavour belangrijk, maar het juiste gebruik is nog veel belangrijker. Let wel, deze toevoegingen kunnen zowel in poedervorm als in vloeibare vorm gebruikt worden.
Stel we gebruiken een toevoeging in poedervorm.
We vertrekken met 250 gram bruine chapelure van de beste kwaliteit. Deze laten we door een keukenzeef lopen en we gebruiken alleen het fijne deel van de chapelure. We voegen een koffielepel “Sweet Appetite Stimulator” toe. In het seizoen, als de vis echt op dreef is, voegen we ook een koffielepel “super zoet” toe. Dit mengsel en de chapelure worden goed door elkaar gezet. Dit mengsel is deel 1.
Daarna wordt een geursmaakstof naar keuze aan het water toegevoegd waarmee we het lokaas op punt stellen.
Stel dat we 1 liter water nodig hebben om het lokaas te bevochtigen. Aan dat water voegen we een combinatie van de volgende flavours toe: ‘vloeibare melasse + tigerslime’. Tigerslime is een lichtbruine, stroperige, zoete vloeistof gemaakt van tijgernoten. De dosering is: per flavour 2 volle eetlepels. Om een goede menging te bekomen vult men een drankfles met het nodige water, voeg de beide flavours toe, de dop erop en schudden maar. Vervolgens maken we ons lokaas met de rest van de droge ingrediënten en bevochtigen het zoals we dat gewoon zijn. Staat het geheel op punt, dan pas mengen we er deel 1 doorheen. Goed onder elkaar zetten en door een zeef drukken. Dit doet men de dag voor de wedstrijd of visdag.
Nu komt het!
We schudden het juist bereide voer in een plastic zak, drukken er de lucht zo veel mogelijk uit en sluiten alles goed af. In de diepvriezer er mee en daar blijft het lokaas voor een nachtje.
Het vriesproces haalt een deel van het geflavourde water uit het lokaas, bewezen door de ijskristallen. Op weg naar de vijver of dergelijke krijgt het lokaas de tijd om te ontdooien en zo terug het vocht op te nemen. Volgends insiders geeft dit een betere opname en verdeling van de gebruikte flavours. Bovendien hebben we een vrij ”statisch” voertje, wat voor de brasemvisserij alleen maar een pluspunt is.
----------
Brasemtoevoeging
We nemen 100 gram kokosschilfers. Dit is het gedroogde witte vlees van de kokosnoot.
We doen deze schilfers in een goed afsluitbare doos en gieten er kokend heet water over. Dit mengsel laten we een dag trekken.
De schilfers nemen water op en zwellen. Vervolgens nemen we 250 gram CéDé eivoer (opfokvoer voor kanaries).
We doen er een handjevol kemp bij en schudden dit in de mixer. Het halfgrof gemalen mengsel vermengen we met de kokosschilfers.
Vervolgens roeren we er een soeplepel sorbitol onder en gieten er opnieuw kokend water over. Een nachtje laten staan.
Kan eventueel op punt gesteld worden met enkele druppels bananenflavour.
Deze toevoeging wordt met de rest van het lokaas vermengd en daarna op punt gezet en door de zeef gedrukt.
----------
Algen
Gedroogde algen onder het voer kan niet kwaad. Best te gebruiken in het voor en najaar, omdat er dan geen algen in het water zijn.
Gewaardeerd door witvis. Gebruik: 10 %.
----------
Net voor je gaat vissen een kippenlevertje toevoegen aan de maden die ja als haakaas gaat gebruiken, lijkt wel eens te lukken, maar ook niet altijd.
De dag voor het vissen een scheutje Strohrum op maïs en casters.
----------
Vissen met wind
Om met wind de dobber ter plaatse (op de visplek) te houden doen we het volgende.
Op 20 cm van de haak plaatsen we een loodhagel 8.
Op 40 cm hoger groeperen we het lood.
Halverwege de afstand dobber hengeltop plaatsen we eveneens een loodhagel 8.
Op de onderste loodhagel (bij de haak) knijpen we een peillood en peilen de dobber uit zoals hij normaal zou staan. We weten dan dat dit loodje op de grond ligt.
Plaats de hengel zo dat de top bijna het water raakt. Het loodje op de helft tussen dobber en hengeltop zal de lijn onder water trekken en de wind zal hierop geen vat meer hebben. De pen zal ter plaatse blijven staan. Gebruik een dobber met rond drijflichaam en lange bovenantenne.
Let wel, dit systeem is niet steeds toegelaten (overloding, dit is meer lood op de lijn plaatsen dan de dobber kan dragen). Suikerklontjes. De suikerklontjes gebruiken we als transportmiddel van geursmaakstof.
We nemen Maple Dream en mengen deze met Bream Attractor (50/50). Per voerbuurt nemen we 5 klontjes. We leggen de klontjes in een zuivere madendoos en doen een 5tal drupjes op elk klontje (met de druppenteller). We maken een voerbal, breken hem in twee, steken er in het midden het klontje in en maken hem terug tot een geheel. De 5 voerballen met klontjes gaan als laatste op de stek. Terwijl het klontje smelt komt de flavour langzaam vrij. Het flavour verspreidt zich niet maar blijft ter plaatse hangen. Wanneer de vis op het voer komt, wordt de flavour door de zwemmende vissen over de totale voerplek verspreidt.
Het kan geen kwaad wanneer we de maden waarmee we vissen eerst even in de flavour dopen. Een goed middel om deeg aantrekkelijker te maken voor vissen. Men neemt de zogenaamde ‘milt’ van een vis, die in een afsluitbaar potje, begiet met olijfolie en laat een paar dagen staan. Dit mengsel geeft een zeer sterke geur af, doch wanneer we er een paar druppeltjes van op het voer en op het aas giet, bereikt men niet zelden merkwaardige resultaten.
----------
Deeg met ei erin wordt minder snel zuur en hardt ook niet zo snel uit als deeg dat met water of melk werd bereid.
Bij het wedstrijdvissen in reeksen is het kenmerk van een tweede reeks dat de vis voorzichtig bijt en men zal dan haarscherp moeten vissen. De omstandigheden moeten dit natuurlijk toelaten. Het moet rustig zijn, zonder onder of bovenstroming. Hoofdlijn 0,09 onderlijn 0,08 en haakje n° 20.
----------
Kant-en-klaar voer Mondial
Bio-Mix: kan als het ware instant op brasem worden gebruikt.
Tropic: extra gezoet voer dat door smaak en kleefkracht vooral grote vis zal trekken.
Sprint: minder bekent, maar in combinatie met een deel beschuit kan dit voer als een zeer actief voer in moeilijke omstandigheden tot verrassende resultaten leiden.
----------
Nagellak
Zorg er voor steeds een flesje kleurloze nagellek bij de hand te hebben. Wanneer tijdens het vissen de laklaag van je favoriete dobber beschadigd wordt, of men door het verwisselen van een antenne het balsa kwetst, zal een likje nagellak dit in no time herstellen. Een flesje sneldrogend vernis is eveneens zeer goed te gebruiken.
----------
Verzadigen van de vis
Vele vissers kampen met het probleem dat ze na een bepaalde tijd stilvallen. Dit kan te wijten zijn aan het voer dat te grof is en verzadigend werkt. Dan is het aangewezen om het voer nog eens fijn te malen. Deze verzadigt de vis in veel mindere mate, aangezien de fijne deeltjes de vis verlaten via de kieuwen bij opname van het voer. Dus, fijn voer werkt minder verzadigend dan grof. De vis zal op die manier langer op de voerplek blijven.
----------
Lange vingers
Neem een 10tal lange vingers en druk ze door een zeef. Meng ze met het al klaar gemaakte voer.
Dit geeft in het water een aantrekkelijk voerspoor. De gezeefde koekjes dwarrelen op en neer tot ze verzadigd zijn met water.
----------
Koekjesmeel met extra smaakje
Men kan mager koekjesmeel alvorens het is een lokaas te verwerken, verwennen met een geursmaakstof naar keuze. Een kunstgreep die het al jaren doet is het “vanillen”. Breng 250 ml water aan de kook en los hierin 3 zakjes vanillesuiker op. Laten afkoelen en het mengsel in een plantenspuit gieten.
De hoeveelheid mager koekjesmeel in een voldoende groot plastic bad uitspreiden. Het water met de opgeloste vanillesuiker wordt met de plantenspuit over het mager koekjesmeel verneveld. Het vocht goed in het koekjesmeel laten intrekken, met de handen losjes door elkaar zetten en herhalen. Dit “gevanilde” koekjesmeel wordt best droog door het lokaas vermengd.
----------
In donker water vissen met sterk ruikend aas.
Nachtvissen: rode mestpiertjes – dieper op grond dan overdag.
Zoetstof Topper-S: ½ theelepel per 5 kg voer.
----------
Madenketting
* Maden aan elkaar kleven met secondenlijm, puntje van de ene made op het dikke gedeelte van de 2de made.
* Fijne naald met dunne naaidraad of fijne visdraad door een 4-tal maden steken. De haak bevestigen in de bovenste made. Te proberen bij broes op de plaats.
----------
Op casters:
vloeibare strawberry.
1 cc op gespoelde casters en een uur zonder water laten staan, goed opschudden en daarna terug onder water zetten.
----------
Spek
Lekkernij voor karper en barbeel. Gebruik het zachte gedeelte van doorregen spek en plaats een blokje op de haak. De geur schijnen de vissen al op grote afstand te kunnen waarnemen.
----------
Aastip voor jigs
Wat hebben we nodig? Een lege bokaal (van mayonaise), tafelzout en gepelde garnalen. Strooi op de bodem van de bokaal een laag zout van +/- 1 cm. Hierop doen we een laag garnalen en hierop opnieuw een laag zout. Maak afwisselend lagen van zout en garnalen tot de bokaal volledig vol is.
Sluit deze nu goed af met het deksel. Laat alles zo lang mogelijk staan, zelfs verschillende weken. Je mag dan de inhoud van de bokaal in plastic zakjes doen en opbergen voor gebruik. Ook kan je de garnalen rechtstreeks uit de bokaal gebruiken.
Wel steeds het overtollige zout verwijderen. De garnaaltjes zullen stevig genoeg zijn om op de haak te blijven, klein genoeg om de werking van de jig niet te verstoren en geurig genoeg om vis te lokken.
----------
Vochtig maken lokaas
Gebruik het kookwater van aardappelen. Eerst laten afkoelen. Geen andere smaakmakers toevoegen.
----------
Cuberdon
Vloeistof die wordt gebruikt om cuberdons te maken. Het is een uitstekend middel voor op maden. Max. 5 druppels per liter en liefst verstuiven. Goed schudden en de doos open laten staan, anders is alles zo dood als een pier.
Het is geen wondermiddel, maar als niets helpt is het zoals Vitamo, de laatste hoop. Het is wel zeer kostelijk, 150 euro per liter. Voor het verdunner gebruik je 30 % sesamolie of 40 % ethanol.
----------
Sodium Caseïnaat
Zeer licht oplosbare stof die naar de oppervlakte opstijgt. Het is een bindend product dat maar liefst 90 % proteïne bevat. Wordt voor vele doeleinden gebruikt in de voeding en veevoederindustrie. Max. 10 %.
----------
Baars
Voorjaar: spinners of kleine plugjes, zeer dun staalkabeltje en kleine speld of fluorcarbon onderlijn van 0,35. Spinner Mepps Black Fury (zwart met gele of rode bolletjes). Winter: diepe stekken met shadjes en loodkopjes van 10 gram of kleine visjes onder dobber tegen de grond. Eén der betere azen, zoniet het beste aas is de steurkrab. Deze wordt ook wel, ten onrechte, steurgarnaal of zoetwatergarnaal genoemd.
----------
Karper vissen bij wind
Een goede optie is dan om je steunen, rodpod te verlagen zodat de toppen ven de hengels in het water steken. De wind kan dan niet meer aan de draad trekken, vermits deze onder water zit.
----------
Garnaal
Doe in kleine stukjes gemalen grijze garnaal door het voer. Ook vissen met kleine stukjes garnaal. Zou goed zijn voor brasem.
----------
Droge gemalen boomschors voor brasem, kurkpoeder voor voorn. 2 eetlepels per kilo voer.
----------
Wedstrijdvissen
8 voerballen ter grootte van een tennisbal, de voerplaats onderhouden met casters en maden.
----------
Legmeel – legkorrels
Gebruik 150 gram legmeel per kilo of 300 gram gemalen legkorrels.
----------
Voorn
Voorn is gek op cacao, zeker in de wintermaanden. Voorn houdt van een bittere smaak, vandaar dat vele voornliquids amandel bevatten. Naast de bittere toevoeging kan je ook wat azijn door het voer zetten, 2cc per kilo voer.
----------
Additiefmengeling voor brasem
50 gram kaneel - 1 eetlepel superzoet - 1 eetlepel sorbitol. Voor 1,5 tot 2 kilo voer.
----------
Cresco Pell
1 eetlepel per 1,5 kilo droog voer. 1 koffielepel per kilo maden.
----------
Arovita Pell
1 eetlepel per 1,5 kilo droog voer.
----------
Voer bewaren
Wanneer je droog voer bewaard in een goed afgesloten emmer op een koele plaats, kan je het zelfs jaren goed houden. Dit kan echter niet wanneer het op een warme plaats opgeslagen wordt omdat het dan gaat condenseren, en dus wel degelijk vochtig gaat worden. Door dat vocht gaat het beginnen schimmelen, of komen er beestjes in.
----------
Spinrag op het voer
Spinrag op of in je voer komt van, of de meelmijt, of van de meelmot. Die laatste moet je dan echter zien vliegen of er de larven van kunnen vinden. Het is vrij onwaarschijnlijk dat je deze aantasting uit eigen huis krijgt. Een deksel met gaatjes moet kunnen. Deze insecten overleven niet wanneer er geen constante voorraad meel is, zoals in fabrieken en opslagdepots. Meestal komt die aantasting mee in de verpakking.
Op zich kan het geen kwaad en heeft het geen nadelige effect op de vis, maar het verkort de bewaartijd van een ingrediënt aanzienlijk. Een optie is om het voer voor een dag of 3 in de vriezer te zetten. Dan is het rag en de mijt verdwenen. Lukt dat niet dan is snel opmaken de beste remedie. Daarna de emmers ontsmetten en omgeving goed stofzuigen.
----------
Dobbers
Het type hangt veel af van je eigen voorkeur, het weer, het water (stilstaand of stromend).
Een kleine richtlijn, dit zijn natuurlijk geen wetten.
Minder dan 1 meter: tot 0,5 g
Van 1 tot 2 m: 0,5 tot 0,75 g
Van 2 tot 3 m: 0,75 tot 1,5 g
Van 3 tot 5 m: 1,5 tot 2 g
Het kan gebeuren, naargelang de weeromstandigheden dat je toch een zwaardere dobber moet zetten naargelang de diepte van het water. Bvb, 1,5 tot 2 g op ondiep water bij veel wind om het aas stabiel aan te bieden.
Een andere leidraad, de theorie van Marcel Van Den Eynde.
Deze zegt dat het lood in 4 tot 5 sec op de bodem moet zijn. Daarom deze aanbevelingen:
Stilstaand tot traag stromend water: 0,2 gram lood per meter diepte.
Langzaam stromend: 0,3 gram lood per meter diepte.
Snelstromend: 0,5 gram per meter diepte.
Het blijft natuurlijk ook een zaak van ervaring en testen. Uitzonderingen zijn niet uit te sluiten. Willebroeksevaart + Albertkanaal, dobbers Mondial n° 82 + 51.
Dobberkeuze
* Bovenantenne. Metaal: super gevoelig te gebruiken bij veel wind. Carbon: zeer gevoelig, te gebruiken bij moeilijke visserij. Balsa: zeer goede zichtbaarheid bij slecht weer (o.a. wind)
* Drijflichaam. Slank: het gevoeligste, ideaal bij weinig wind. Druppel: stabielste bij wind. Olijf: allround. Rond: zeer geschikt bij stromend water.
* Onderantenne. Metaal: heeft zeer veel stabiliteit. Glasvezel: allround. Carbon: wordt gebruikt bij langere antennes, goede stabiliteit.
Vis wel altijd zo licht mogelijk als de omstandigheden toelaten, maar toch zwaar genoeg voor een stabiele aasaanbieding.
----------
Slijm op haak of lijn
Hard slijm = zeelt.
Zacht slijm = brasem.
Barbeel heeft weinig tot geen slijm en het geeft geen geur af op je handen.
----------
Hengels behandelen met vaseline, spekvet of zuivere paraffineolie.
Top secret Bait Powder Professional stipp-dipp.
Witte made in het poeder dippen en bij contact met het water komt er een rood jasje om heen, of gewoon de blote haak dippen.
----------
Kruidige tip
Deze tip kan gebruikt worden tijdens de maand maart als de vissen maar lichtjes willen bijten. Je kunt de maden en/of je voer wat oppeppen met keukenkruiden. Beste werkt kerriepoeder. Meng een paar theelepels kerriepoeder door het voer en in de madendoos, goed mengen.
----------
Toplood
Wanneer is een toplood een optie? ( uitgaande van het gebruik van een zelfhaaksysteem) Er zijn een aantal situaties denkbaar waarbij je best gebruik kunt maken van een toplood, hoewel het de indruk wekt dat je geen rechtstreeks contact meer hebt met het aas.
1) Wanneer je met een aantal lijnen ( 3 of meer) vlak of kort bij elkaar dient te vissen zoals vaak het geval is bij wedstrijden of simpelweg omdat je graag je stokken vlak bij je en bij elkaar hebt op één en dezelfde rodpod.
2) Op water waar er een zekere dressuur bestaat, waarbij de vissen 'allergisch' reageren op strakke lijnen.
3) Als je merkt dat er nogal wat 'lijnzwemmers' zijn: je krijgt wel een piep maar verder niets.
4) Op druk bevaren vaarten en kanalen met een komvorm qua bodemstructuur.
Hoe te gebruiken
Als het niet nodig is, kan je beter zonder vissen. Het gebruik geeft een ander gevoel bij het aanslaan en bij de dril. De beetregistratie verloopt ook iets anders: het begint een beetje haperend gevolgd door de klassieke run. Gebruik je het toch, dan is het van groot belang dat je het juist gebruikt.
OPGEPAST trouwens bij het drillen dat het toplood niet tegen het topoog van de hengel slaat: het zou de geest kunnen geven.
1) Draai na het inwerpen de lijn strak.
2) Zet vervolgens de baitrunner of slip open en breng de hengel zover naar achteren dat je de hengeltop kunt vastnemen.
3) Bevestig het toplood en geef los lijn, zodat het toplood vlak voor je in het water valt.
4) Zet de vrijloop terug vast en breng je hengeltop tot net boven het water en draai de draad terug strak.
5) Afhankelijk van de omstandigheden, breng je vervolgens ofwel de hengeltop omhoog, ofwel juist niet. Als je hem omhoog brengt komt het toplood omhoog uit het water om vervolgens naar beneden te glijden. Als het toplood vrij ver moet liggen doe je dit enkele malen, waardoor het verder weg glijdt.
6) Vervolgens de hengel in de steunen en rustig de lijn strak draaien.
Als je op een dressuurgevoelige vijver vist met een vlakke bodemstructuur, kan je punt 5 dus overslaan. Het toplood mag/kan vlak onder de hengeltop liggen, waardoor de draad verder mooi strak over de bodem ligt. Hierdoor heb je geen last meer van lijnzwemmers of 'strakke lijnenhaters'. Ook is het dus handig als je met enkele lijnen vrij kort bij elkaar vist: daar de draad op de bodem ligt, is de kans klein dat de gehaakte vis, door heen en weer te zwemmen, door de andere lijnen heen zwemt en zorgt voor een enorme warboel.
Vis je echter op overkant van een drukbevaren vaart of een kanaal met een vaargeul in het midden dan moet je stap 5 met de nodige nauwkeurigheid uitvoeren. Het toplood dient ver en diep genoeg te liggen opdat de kiel van de schepen, of hun schroef de lijn niet raken. Hoe zwaarder de scheepvaart, hoe groter het probleem en hoe zwaarder in principe het top en eindlood dienen te zijn: anders spoelen ze bovendien gewoon weg.
Soorten.
Je kunt verschillende soorten toplood vinden in de handel, maar ze zijn steeds gebaseerd op twee mogelijke werkingsprincipes:
1) Afvallend lood na aanslag: dankzij een speciaal ontwikkelde clip die wat weg heeft van de houder van een dangler, valt het lood bij het aanslaan gewoon van de lijn. Je hebt er verder bij het drillen dus geen last van. Ze glijden soepel naar beneden als je ze bevestigd hebt, maar als je gewoon binnenhaalt ( zonder beet ) vallen ze niet automatisch van de lijn. Het meest gekende model is dat van Fox, waarbij je het zwarte plaatje bevestigt op de buzzerbar, onder de beetmelder. Aan het plaatje zit een fluolijn, waaraan het toplood werd bevestigd. Het is een mooi systeem waar duidelijk wat denkwerk aan voorafging, vandaar hun kostenplaatje allicht.
2) Niet afvallend lood na aanslag: dit is de meer klassieke manier. Het kunststof ringetje is aan de onderkant ingesneden: hier dien je de lijn door te duwen. Ze blijven dus aan de lijn hangen wat wel vrij vervelend kan zijn: als ze wat ingesneden geraken schuiven ze minder goed en kunnen dan je topoog beschadigen. Ook hebben ze nogal de neiging in het schepnet vast te blijven zitten. En bovendien, als ze wel naar beneden schuiven, krijg je ze als extra gewicht bij je werplood te verwerken. Toch blijf ik ze handig vinden.
TIP: zorg dat je steeds een klein vijltje bij hebt om de eventueel ontstane inkeping weg te vijlen.
----------
Kokkelbessen
(Indian Berry) is een soort bruinzwarte harde bes die in de geneeskunde wordt gebruikt. Afkomstig uit India Zeer moeilijk te verkrijgen, bevatten een soort drug. Juist doseren is een noodzaak. Op 1 kg voer maximum 5 zeer fijn gemalen bessen. De tinctuur kan je ook gebruiken op maden en casters. Bij de tinctuur is het hem enkel te doen om het verdovende effect en niet om geur / smaak.
Het kan dus gebruikt worden met een geurtje. De tinctuur wordt gemaakt door een 20tal gemalen bessen in 250 ml ethanol te doen en een jaar laten staan, zodat de actieve bestanddelen oplossen in de alcohol. Daarna moet het in principe door een zeef. Dit mengsel is zo goed als onbeperkt houdbaar.
----------
Methionine
Aminozuur gebruikt door internationals, zoete smaak. In de leem (voor de ver de vase). Goede resultaten bij toevoeging in kanaalvoer. Werkt minder op vijver. Vijver of kanaal: 1 filmpotje. 5 liter leem: 1 tot 2 filmpotjes, afsluiten in een plastic zak en deze zak nog in een afgesloten doos plaatsen. Bewaren op een koele plaats. Dag van de wedstrijd de plastic zak openen, zeven en de ver de vase ondermengen. Ruikt sterk naar gekookte bloemkool. Oppassen met morsen!
----------
Cocosflavour
Van Mondial. 1 à 2 koffielepels per kilo voer. Ideaal voor maden te laten geuren.
----------
Kunstaaslepel tunen
Wanneer een lepel te onopvallend en rustig door het water loopt, kun je hem door een eenvoudige truc ineens veel meer verleidelijke actie geven. Verwijder hiervoor eerst de dreggen, splitringen en de wartel. Boor dan naast het oude gat van de lepel (aan de wartelkant) een nieuw gat. Zorg er voor dat de afstand tussen dit gat naar de rand van de lepel even groot is als de afstand van het oude gat.
Anders krijg je de splitring er niet meer op. Dan worden de splitringen en dreggen weer terug geplaatst, waarbij de bovenste splitring, wartel en eventueel dreg in het nieuwe geboorde gat komen. Hierdoor krijgt de lepel plots een asymmetrische actie en beweegt hij als nooit te voren.
----------
Spinnerstaart
Spinners zijn heel goede roofvisvangers, maar toch kan je ze aantrekkelijker maken dan ze al zijn.
Dit kan b.v. door er op de juiste wijze een twisterstaart aan te monteren. Wie die twister gewoon aan één van de haken van de dreg prikt, komt bedrogen uit.
De spinner is dan geheel uit balans. Wat wel werkt is het volgende. Met een tang knip je eerst de originele dreg van de spinner.
Dan neem je een nieuwe dreg en schuif je de (verkorte) twisterstaart over de steel van de dreg (eerst over het oog).
Vervolgens monteer je een splitring aan de dreg, die op zijn beurt aan het oog onderaan de spinner wordt bevestigd. Het voordeel van deze montage is dat alle drie de dreghaken vrij blijven en dus goed in de bek van de roofvis kunnen prikken.
Bovendien is de spinner nog steeds goed in balans en zal hij netjes rechtdoor blijven lopen en het spinnerblad perfect blijven ronddraaien.
----------
Steenlood
Een steen gebruiken in plaats van lood als gewicht heeft vele voordelen, stenen zijn gratis en ze zijn gemakkelijk in alle soorten en maten te vinden.
Bovendien zijn ze doorgaans beter gecamoufleerd dan een opvallend zwart of grijs stuk lood op de bodem. Alles wat je nodig hebt is een steen, een wartel en wat twee componentenkit.
De twee componentenkit is eenvoudig te verwerken. Van de stopverfachtige substantie maak je eerst een bolletje, waarna je de wartel met het eerste oogje in de kit steekt. Vervolgens druk je de kit tegen de steen nar keuze. Na ongeveer 20 minuten is de kit uitgehard en is je steenlood gebruiksklaar.
----------
Zekerheidsknoopje
Wie zelf zijn onderlijnen maakt van staaldraad op de rol, gebruikt doorgaans metalen sleeves om de lusjes aan de uiteinden vast te maken.
Met een sleevetang worden de sleeves stevig aangeknepen. Normaal gesproken is die montage stevig genoeg.
Soms kan het toch gebeuren dat het staaldraad uit de sleeve wordt getrokken tijdens een zware dril of wanneer je vast zit.
De oplossing is een zekerheidsknoopje in het staaldraad. Je rijgt het staaldraad door de sleeve en vervolgens weer terug door de sleeve, zodat er een lusje ontstaat.
Zorg er wel voor dat het staaldraad een 10tal cm uitsteekt. Leg nu een knoopje in het uiteinde van het staaldraad, trek deze verder aan tot het knoopje tegen de sleeve zit en de lus de juiste grootte heeft.
Dan pas wordt de sleeve met een sleevetang dichtgeknepen. Knip het stukje staaldraad achter het knoopje af.
----------
Onderlijn in de knoop met het lood
Dit probleem komt niet alleen voor bij het karpervissen maar ook wel eens bij het feederen of matchvissen. Wat dan helpt is de lijn, vlak voor het neerkomen in het water iets af te remmen. Hierdoor remt het lood iets en zweeft de onderlijn iets verder en komen deze niet in de knoop bij het raken met het water.
----------
Vissen met tarwe
Verassend goed aas voor winter en voorseizoen. Gebruik EBLY, een droog gevriesde tarwe uit de supermarkt. 7 minuten laten koken en klaar is kees. Een goed vervangproduct voor kemp als deze niet groot genoeg is.
----------
Mooiste vuurrode pieren krijg je op oude rottende uien.
----------
Wokmie – Soubry
Dit is een pastagerecht gebruikt bij het wokken. Deze deegwaren hebben een gelijkenis met kleine ver de vase (amorce).
Kan gebruikt worden waar amorce verboden is. Bereiding: 100 gram wokmie 1 à 2 minuten in warm water leggen.
Voor de rode kleur kan je bietensap toevoegen of een rode kleurstof waarmee ze boilies kleuren.
Alles in de koelkast plaatsen. 5 minuten voor het vissen (of wedstrijd) de mie toevoegen aan het voer.
----------
Aas voor paling
Blokje kaas – blokje salami – kippendarmen – diepvries sardines (O’Cool) – kleine spiering (O’Cool).
Het vette aas zoals kaas, salami, enz … is vaak goed, later op de zomer omdat ze zich volvreten om de winter door te kunnen.
Vroeg is het voorjaar zijn pieren, maden, wasmotlarven, vers mos.
Als de paling pas “wakker” is en zijn spijsverteringstelsel moet nog op gang komen is dat verse mos het beste. Als kaas is Oude Brugge een must.
----------
Als de vis massaal naar boven trekt en je mag niet bovenop vissen, plaats dan je lood onder de dobber zodat het haakaas langzaam zakt.
----------
Deeg Crazy Bait van Sensas
Goed voor brasem op vijvers, kan ook meevallen bij karpervissen. Je kunt er volledig je haak mee bedekken.
----------
Hakenhanger
Wanneer je hengel geen speciaal oogje heeft om je haak aan te bevestigen, zou je hem gewoon aan een van de hengelogen kunnen hangen, maar daarmee loopt je kans dat je de haak of het hengeloog beschadigt. Het is beter om een speciaal haakoogje op je hengel te zetten, b.v. met behulp van een schilderijhaakje.
Eerst schuur je een vierkant stukje kurk weg (+/- 1 mm diep) waar het platte stuk van het schilderijhaakje precies in past. Dan omwikkel je het haakje strak met (hengel)garen en vervolgens werk je het af met blanke (hengel)lak.
----------
Wolwormen
Soms kunnen zelfs de grootste vissen voorzichtig azen en een hele tros wormen van je haak plukken zonder dat je ook maar iets gezien hebt. De truc is om tussen de wormen een paar stukjes wol op de haak te prikken. Hierdoor trekt de vis aan de wol en de wormen tegelijk en zullen de wormen niet zo snel afbreken.
----------
Pieren vangen
Emmertje water met peper, cayenne en kerriepoeder uitgieten op een nat grasveldje. Achteraf de pieren wel spoelen.
----------
Gevlochten lijnen
1] Gevlochten lijnen kennen voor en nadelen. Er bestaan zowel drijvende als zinkende lijnen. Een gevlochten zijn is praktisch rekloos. Gevlochten lijnen worden gebruikt om grote afstanden te overbruggen zonder dat dit ten koste gaat van de beetregistratie. Gevlochten lijnen snijden gemakkelijker door het wier dan nylon, de drijvende versie blijft op het wier liggen.
2] Gevlochten lijnen vragen om een flink stuk lood. Als het lood door een aanbijtende vis wordt opgetild, volgt er geen terugschietend elastisch effect van de lijn zoals bij nylon. Het lood zelf moet bij gevlochten lijnen zorgen voor de inhaking. Gebruik daarom gewichten tussen 130 en 160 gram, deze zorgen ervoor dat een en ander niet wordt verschoven door stroming, wind, drijfvuil en dergelijke.
3] Het gebruik van een voorslag (met rek) is aan te bevelen. Als een gevlochten lijn rechtstreeks met het lood wordt verbonden krijgt de haak het vaak erg te verduren en zou hij zelfs kunnen uitbuigen.
4] Gevlochten lijnen zijn gevoeliger voor wind. Plaats dus de hengeltop zo dicht mogelijk bij het water. Zo wordt de lijn bijna volledig onder water gehouden.
5] De slip van de molen zeker niet te strak afstellen. Je hengel zou wel eens gaan “zwemmen”.
6] Houd bij gevlochten lijnen altijd druk op de lijn. Anders krijgt de vis de nodige ruimte om te ontsnappen.
----------
Knopen
Je weet, als je een knoop in je lijn maakt dit een verzwakking betekent. Echter niet als je een oneven getal gebruikt, bv 3, 5, 7. gek, maar het is een feit.
----------
Plaklichtje
Met doorzichtig plakband kun je het kniklichtje goed zichtbaar op je hengeltop of visdobber monteren, zodat je in het donker door kunt vissen.
----------
Vers de vase (amorce) losmaken met water
Je kunt je amorce losmaken in water met bubbels, Spa rood of zoiets. De vers wordt levendiger en een stuk frisser. Uitscheppen met een theezeefje. Ook je visvers kan je meenemen in dit bubbelwater.